El Sendero Histórico, de GR1 van Spanje

Sectie 5: van MURILLO de GÁLLEGO naar GRAUS

Van 11 tot 19 mei 2022

INTRO

Deze GR (in het Spaans de afkorting voor Sendero de Gran Recorrido) loopt volledig in Spanje, van net onder de Picos de Europa, helemaal in de schaduw van de Pyreneeën naar de mediterrane Golf van Roses, van Cantabrië tot Girona, meer dan 1250 km lang en 39.000 meter stijging.

Deze route wordt “historisch” genoemd omdat ze over paden loopt die al sinds de oudheid worden gebruikt om dorpen te verbinden voor handel, sociaal contact en verdediging. Het is een wandeling terug in de tijd, door verlaten dorpen en lang geleden bewoonde Ermita’s en vereerde Santuario’s.

Spaanse doorwinterde wandelaars beschouwen de GR1 vaak als de beste maar minst bekende langeafstandswandeling van Spanje.  We hebben geluk: John Hayes van CICERONE heeft er een uitstekende gids over geschreven.

De route belooft een hooggebergte gevoel maar dit zonder sneeuwvelden of moeilijke passen te moeten oversteken en met beschikbare accommodatie in maanden waarin berghutten nog steeds gesloten zijn.

We besloten om Sectie 5 te doorlopen met bijna elke dag Monte Perdido op het behang en het doorkruisen van een voor ons onbekend deel van de regio Aragón. Ongeveer 200 km over 9 dagen.

De route is zeer goed gedocumenteerd door John Hayes in voornoemde gids; dus onze verslagen zullen kort zijn en zich richten op dingen om op te letten of om routeaanbevelingen te doen. Noteer dat we ook een GPX route van de auteur hebben doorgestuurd gekregen.

CICERONE GR1 MAP and SECTIONS

DE ROUTE

Klik op het bovenstaande bestand om onze gedetailleerde statistieken te bekijken.  Merk op dat “moving time” voor ons “tijd waarin we wandelen” betekent, inclusief korte stops voor foto’s, een drankje of het zoeken naar het juiste pad; exclusief snack- of lunchtijden!

We lieten onze auto achter in Graus op de Plaza San Miguel en overnachtten in Palacio Del Obispo (70 €); goed. (Maar we zouden de volgende keer kiezen voor Hotel Lleida want levendiger!).  We namen wat cash geld op bij een automaat en namen de bus naar Huesca (bushalte over de brug van Hotel Lleida) om 07.45 uur en de 09.50 uur trein van Huesca naar Canfranc met stop in Riglos, aankomst rond 11.00 uur.  Beide interessante trajecten!

We verbleven in de Refugio de Riglos voor 94 € voor 2 pp, halfpension. De refuge creëert een plezante vibe voor het hele dorp als een ontmoetings- en lunchplek voor rotsbeklimmers en caravangasten verderop.

Om zeker te zijn dat we niets misten, en onze gegevens de hele route bestreken, liepen we eerst de interessante 4 km van en naar Murillo, het eigenlijke startpunt van sectie 5.  Rond het middaguur zag Murillo er erg rustig uit met alleen wat drukte rond de winkel La Tienda op de A-132 waar “El Camino” langs passeert.

Dit is een belangrijke opmerking: van Murillo tot in Nocito (einde van etappe 4) volgt het pad de nieuwe en goed bewegwijzerde CAMINO DE LA HOYA DE HUESCA of kortweg “El Camino”, soms ook afdwalend van de GR1!  (We bleven dus ten allen tijde “El Camino” volgen tot net na Nocito!)

 DAG 1: Van MURILLO (500m hoogte) naar LOARRE (627m hoogte): 19,4 km, Wandeltijd: 4u14′, 709m klimmen en 443m afdalen.

We hebben voor deze eerste etappe een stuk minder moeten klimmen dan in de gids wordt vermeld (de cijfers voor de andere etappes zijn wel vrij nauwkeurig).  Het hoogste punt van deze eerste etappe is 1033m rond de Ermita de San Miguel en de Torre de Marcuello.

Van Murillo loopt het pad naar beneden, de vallei van de snelstromende Río Gállego in en over een nieuwgebouwde en pronkstuk van een voetgangersbrug; daarna even omhoog om al de imposante Los Mallos hoog boven alles uit te zien torenen.  Bewonder onderweg ook het schattige treinstation van Riglos! En kijk uit voor klimmers op de Rode Rotsen bij het verlaten van Riglos.

Los Mallos werden gevormd toen geërodeerd materiaal van de hellingen van de Pyreneeën naar beneden spoelde en door kalksteen aan elkaar werd gecementeerd. Na verloop van tijd werd dit mengsel gecompacteerd tot een grote massa conglomeraatgesteente. Uiteindelijk sleet erosie de zachtere, poreuzere delen van het conglomeraat weg. Het meer resistente gesteente bleef over en vormt nu de formaties die bekend staan als de Mallos de Riglos; sommige zijn meer dan 300 meter hoog en dragen elk hun eigen naam.

De gestage klim door de meestal schaduwrijke kloof van de Collado de Santo Roman vormt de belangrijkste opwinding voor vandaag!  Het landschap is geweldig; je deelt het met gieren die overzweven en zich in indrukwekkende kliffen erboven genesteld hebben.  Vergeet niet om nu en dan eens om te kijken naar wat je achterlaat aan schoonheid!

Bij de Collado (pas) splitst de GR1 zich van El Camino, die iets verderop bij la Ermita en wat er nog over is van de Torre een welgekomen rustplek biedt.  Van dan loopt de route zachtjes af, rustig maar niet saai.

De kerk in Loarre biedt een goede plek voor lunch en siësta (gemaaid gras en in de schaduw).

We verbleven in La Casa Rural El Callejón de Andresé, een eigenzinnige maar uitstekende B&B met rustig tuinterras en zeer goed ontbijt. (70 €, contante betaling).  We hadden dinner (tapas) op het terras van de Salon Social op de Plaza Mayor, omringd door de couleur locale. Je moet ook zeker het Salon eens binnengaan om de hilarische piepschuimen decors te zien uit de film die Ridley Scott in El Castillo de Loarre heeft gedraaid.

Merk op dat er geen teken van leven was in La Hospedería noch elders.

DAG 2: van LOARRE to BOLEA (641m): (alternatieve route!) 18,2km, 4u03′, 621m omhoog, 752m dalen, Hoogste punt: 1173m, laagste 667m.

De gids beschreef een rustige dag wanneer je El Camino blijft volgen, dus opteerden we om een andere route te nemen en te zien wat de dag zou brengen.

We besloten de monumentale Castillo te bezoeken, gingen daarom even de verharde weg omhoog om dan al vlug een geel/wit gemarkeerd pad bij de manege te nemen. Het pad brengt je naar de poort van het kasteel en omzeilt zo het loket waar – we later achter kwamen- koffie en bijbehoren worden geserveerd.

Van het café volgden we de aanwijzing La Ermita Virgen de la Peña, een beetje afdalen op een onverharde weg maar je blijft aanzienlijk hoger dan El Camino. Er volgen de komende kilometers (zo’n 5 km dachten we) nog wat borden maar vooral geel/witte bewegwijzering, op grindweg en op paden op en neer door bos; we negeerden ook alle aanwijzigingen voor Aniès. (“Grindweg” betekent een onverharde weg, op autobreedte.)

Bij twijfel blijf hoog; een pad dat aftakt van een onverharde weg zal je  uiteindelijk bovenop (en net achter) de Ermita brengen  (zie foto’s), volledig gerestaureerd in al haar glorie.

Hetzelfde pad – dalend nu – brengt je naar een grindweg en leidt je naar een teken “la Ermita de San Cristóbal 2,4 km”; negeer opnieuw het bord voor Aniès, het dorp ligt ondertussen al een eind rechts achter jou.

Na 2 km op de onverharde weg leidt een bord je naar rechts en afdalend over een pad met vage witte markering en veel cairns.

Dit pad is SPECTACULAIR en een echte aanrader (een beetje steil en wat glad op sommige plaatsen, maar struikgewas biedt houvast; niet gevaarlijk!). La Ermita is niet veel soeps maar de kloof en de omliggende “pannenkoek” rotsen daarentegen zijn indrukwekkend evenzeer als Riglos en de kloof daarna waren!  (We ontlenen “pannenkoek” aan hoe de conglomeraatrotsen in Punakaiki in Nieuw-Zeeland worden beschreven: de rotsen zien er uit als hoog opeengestapelde pannenkoeken).

Merk op dat wanneer je uit Bolea komt, je alleen de indrukwekkende rotsformaties zou kunnen zien na het passeren van La Ermita en het oversteken van de rivier in de kloof!

Na La Ermita (of wat er van over blijft, te zien nadat je het riviertje in de kloof bent overgestoken; makkelijk te missen!) leidt een makkelijk pad je verder naar Bolea (4km), te herkennen aan de 2 heuvels waarop de stad is gebouwd.

Dit maakt de dag niet extra zwaar: we noteerden 18,2 km en 621 m stijging voor deze hele etappe.

We verbleven in Bolea, Casa Rufino, 50 € met ontbijt. Omdat het diner pas laat begon, probeerden we La Muralla, dat verrassend lekker eten serveerde op het buitenterras aan de achterkant,  tegenover de oude kerk.

DAG 3: van BOLEA naar ARGUIS (978m alt. bij El Capricho): 22.38km, 4u40′, 992m omhoog, 701m omlaag, hoogste punt: 1472m, laagste: 641m (Bolea)

De ochtend neemt een gestage start door kersenboomgaarden op grindweg en verandert dan voor een schaduwrijk pad bij de Ermita de la Trinidad, steil omhoog tot de Pozo de Nieve op 1229m hoogte.  Hier splitsen de GR1 en El Camino opnieuw; El Camino volgt de open grindweg richting El Pico Gratal, draait er dan van weg en gaat uiteindelijk noordwaarts met een laatste zware klim naar Collado Sarramiana op 1473m hoogte.

Een steil pad brengt je naar beneden in een prachtig beukenbos en bereikt dan een grindweg voor enkele laatste saaie kilometers naar Arguis. Hier vind je Ca la Silvi open voor wat hartversterkends en/of om jouw diner te reserveren.

Draai de knop in jouw hersenen om voor nog een laatste 2 kilometers op de weg naar El Capricho, langs het eens geroemde Migalon/Barbacana Hotel (te koop) en bar La Foz (lot onbekend). Hotel El Capricho de Arguis wordt nu gerund door 2 jonge zussen en serveert enkel nog ontbijt. (85€ inclusief bf). Gebruik je charmes en misschien krijg je een lift naar Ca La Silvi (goed!) voor het diner…! Al het andere in het dorp is gesloten…!

DAG 4: van ARGUIS (El Capricho) naar NOCITO (950m alt): 20.32km, 4u22′, 959m omhoog, 981m omlaag, hoogste punt 1243m (El Méson Nueve)

Merk op dat we vandaag door heel onze watervoorraad zijn gelopen (8 liter voor 2 personen! Je zou wel water uit de Río Fulmen kunnen nemen wanneer je een waterzuiverings apparaat bijhebt…)

We volgden de gids en de GPX om de dag te beginnen: van El Capricho loop je richting Arguis en steek je een kleine parkeerplaats over vóór Bar La Foz, net onder Barbacana.  Een vaag pad, vaak geërodeerd, gaat omhoog en begint de muur van de verhoogde snelweg te volgen. Na een riviertje te zijn overgestoken sluit het pad weer aan bij de bewegwijzerde El Camino, dicht bij de tunnel waarin de snelweg verdwijnt.

Kort daarna bereik je een bord El Méson Nueve, het hoogste punt van vandaag. Hierna bloeit de dag volledig open door een eerste ruige maar prachtige vallei van het Parque de Guara (dat je pas aan het einde van de volgende dag zal verlaten).

Blijkbaar ligt deze vallei in het midden van de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee en mengt hij de typische vegetaties van beide regio’s…?!

Na Belsué wordt het pad door het riviertje ernaast helemaal betoverend; je kunt er zelfs in afkoelen.  Santa Maria de Bélsue kan een aangename lunchplek met siesta zijn.

Het verlaten Lusera ligt aan de rand van weer een andere prachtige vallei. De route brengt je vervolgens verder in 3 beklimmingen (2 van hen bereiken een pas, beide op ongeveer 1232 hoogte, de laatste is de ongemarkeerde Collado Barbero) en afdalingen over gevarieerde maar voornamelijk bospaden.

Pas nadat je een kleine geasfalteerde weg bent overgestoken, kun je er zeker van zijn dat het klimmen voor de dag voorbij is.  Wat rest is een aangename afdaling van 4 km – zo aangenaam als afdalingen komen – naar de eindbestemming, het pittoreske Nocito!

We verbleven in La Casa Villacampa (70 € voor de kamer), met alle voorzieningen van een hotel met lekker diner en ontbijt ook.  Het wordt gerund door een Frans echtpaar. Heel goed! Je kan er ook een lunch bestellen (enkele bocadillo’s) voor de volgende dag, die je zeker nodig zult hebben!  Merk op dat Nocito meer accommodatie en eetgelegenheden heeft, maar Casa La Mallatta stond toen al 4 jaar te koop.

DAG 5: Van NOCITO naar PAŪLES de SARSA (866m) (we regelden een pick-up bij Las Bellostas; statistieken tot daar): 29,7 km 7h42′, 1099m omhoog, 939m dalen, hoogste punt vandaag: 1192m, laagste 921m.

Een prachtige dag! (Zou perfect zijn indien 10 km korter…)

Merk op dat El Camino niet langer jouw wegwijzer vormt! De GR1 en de nieuw gemarkeerde GR268 (Sendero de San Urbez) beginnen je dag, tot aan het Santuario de San Urbez. (De GPX loopt iets anders; dit zal vandaag vaak gebeuren).

Bij het Santuario zwenkt de GR268 scherp naar het noorden, terwijl de GR1 zowel langs de Santuario als de Refugio de San Urbez draait (ze rechts laat liggen). (We hadden geprobeerd de Refugio te boeken omdat ze al een 3 km op de lange Etappe 5 ligt maar ze was volzet; zie onze conclusies). Ga langs de parkeerplaats en blijf richting scherp oost gaan voor de volgende kilometers.

Je passeert Bentué en Used, vaak met de GPX en de GR1 parallel lopend. Een afdaling in prachtig bos brengt je langs de rivier de Used, die met watervalletjes en bevallige pontjes je uitnodigt om die rugzak af te gooien en je met kleren en al te laven aan zoveel moois. De lokroep van de Salto de Cardito zal je uiteindelijk toch overhalen…..Eigenlijk verdient deze plek een hele dag rust en zalig nietsdoen! Merk op dat we hier helemaal geen mensen hebben ontmoet (in tegenstelling tot de plaatsjes rond Belsué de dag er voor).

Ongeveer 2 km na de waterval kom je op een onverharde weg (grindweg)  die naar Bara leidt, een kilometer verderop.

Net na Bara moet je de rivier oversteken die daar zo’n 4 meter breed en 30/40 cm diep is (het is niet zo duidelijk waar; eigenlijk net achter het laatste huis van het dorpje)! Idealiter heb je sandalen bij om je veilig te helpen oversteken. Het water stroomt niet snel, maar er zijn enkele scherpere rotsen en wieren waardoor de oversteek wat glad kan zijn.

De route lijkt dan naar het zuiden te lopen (zo’n 150 meter rechtdoor, 90 graden op de rivier; de GPX geeft je niet veel duiding) totdat je een op elkaar gestapelde stenen muur bereikt; het pad loopt er duidelijk zichtbaar net achter richting oost- zuidoosten (Er zijn ook cairns – steenhoopjes – die de juiste richting aanwijzen).

Een vrij zware klim van 300 meter over enkele kilometer volgt naar Nazare. Dit verlaten dorp heeft een mooie kerk naar het einde toe met een perfect graspleintje om op te picknicken! Na de kerk wordt de GR-bewegwijzering erg goed.  Net na Otin bij het afslaan naar links, passeer je een waterput met een mechanische pomp. Een bord markeert het water als onbehandeld; we hebben het gefilterd met onze Katadyn Befree en kunnen het nog steeds na vertellen …

Je gaat verder over grindweg, die parallel loopt met het oude overgroeide pad. Je passeert Lutesa. Na een tijdje zie je een kerktoren hoog op de berg, het pad lijkt je er naartoe te leiden. Plots draait de route en brengt je weg in de tegenovergestelde richting.   Maar….. jouw zucht van opluchting kwam te vroeg: de route draait weer … omhoog naar die kerk.

De derde klim van de dag brengt je naar 1170m, naar Bagüeste en zijn bevallige (bouwvallige..?) Ermita. Steek over wat de dorpsmarkt moet zijn geweest en vrij nieuwe borden zullen je naar beneden brengen. Voor de verandering, maar voor een laatste keer vandaag, steek je een stroompje over op wat een prachtige (wilde) kampeerplek zou kunnen zijn, omhoog op een pad dat je uit de vallei brengt en ook uit het Parque de Guara, recht naar Bellostas. Blijkbaar telt dit dorp nog 6 inwoners, allemaal mannen waarvan de jongste 67.  

Het ruige van vandaag en gisteren zal morgen plaats maken voor vruchtbare maar agro-gecultiveerde heuvels…

Hopelijk heb je geboekt bij La Casa de Fina (Fina is de naam van de parmantige oudere dame die la Casa runt) Ze kan haar zoon sturen om je op te halen (het duurt slechts 15 minuten voordat hij aankomt in Las Bellostas nadat je haar hebt gebeld). De 6 km van Bellostas zijn op een rustige, niet onaardige weg, maar het is genoeg geweest voor die dag, vooral omdat je weet dat er een alternatief is … (en voor maar 20€)

(Welgekomen Spaans voor “Kun je ons aub nu ophalen bij Las Bellostas”: “Por favor, es possible de recogernos ahora a Las Bellostas?”)

Fina biedt u een gezellig verblijf met smakelijke zelf gekookte gerechten en zelfgemaakte konfituur bij het ontbijt.  30€pp halfpension.

DAG 6: Van PAULÈS de SARSA naar EL MÉSON DE LIGÜERRE (479m): 22.73km, 4u53′, 554m omhoog, 921m dalen, hoogste punt: 956m

Merk op dat Ligüerre de Cinca nu verwijst naar een dorp dat volledig eigendom is van en beheerd wordt door de Spaanse Arbeiders Vakbond (Unión General de Trabajadores); El Méson is in het lagergelegen deel van het dorp waar de camping en restaurant La Pedania is, in het bovenste deel (4 km langs de Embalse de El Grado) bevinden zich nu het resort (hotel) en de receptie ervan.  (Het onderste deel zag er erg rustig uit toen we er passeerden en door wandelden de dag erna…. )

We stapten naar El Méson dat op de GR1 borden wordt gebruikt als bestemming voor Ligüerre zelf. (vanaf El Méson draait de wandelroute weg van de A-138).

Tot Arcusa loop je te midden van een vruchtbare vallei met voornamelijk graanvelden. Na Arcusa volgt een steile klim die je naar 956m hoogte brengt. Door gevarieerd landschap kom je langs Castejón en bereik je Samitier, een dorpje dat waarschijnlijk wat meer aandacht verdient (vooral de Abadía), maar we besloten om verder te gaan en in de schaduw richting El Méson.

We hadden aanvankelijk een reservatie voor een kamer in het vakantieoord Ligüerre de Cinca (85 €). Hun restaurant was gesloten, maar ze konden een afhaalmaaltijd (26 € per stuk) en ontbijt (11 € pp) bieden, prijzig, maar deze rode jongens weten hoe een monopolie te gebruiken! Ze lieten ons ook nog weten dat een 30 € schoonmaakkosten zouden toegevoegd worden omdat we slechts 1 nacht zouden verblijven.  En we kregen het advies om eerder een appartement te kiezen voor 130 € omdat we daar onze afhaalmaaltijd konden opwarmen….

De communicatie bleef op en neer gaan, van mijn kant op avondschool-Spaans niveau. We vertelden hen dat een appartement te duur was en dat een paar bocadillo’s zouden volstaan.  Misschien konden ze dan een elektrische waterketel in de kamer voorzien, “wat eigenlijk standaarduitrusting is in de meeste hotelkamers…?!”  Waarop ze onze reservering annuleerden (in het enige Engels dat ze ooit gebruikten), eraan toevoegend (In het Spaans) dat “130 € voor een appartement te duur, dat is uw mening” …

We vragen ons af wat de werkende mens die ze vertegenwoordigen en bij welke gratie en bijdragen ze bestaan en leven, van deze prijzen zou denken.  En wat hij/zij van deze opmerking zou vinden?  We bedankten hen voor hun gastvrijheid!

En zo kwamen we aan in Escanilla, bij A Chaminera, gerund door de flamboyante Anna! (55€ voor de kamer, 18€ voor een gevarieerd menu, 7€ voor ontbijt). Heel goed! En je de tijden voor diner en ontbijt kan je kiezen.

Escanilla ligt op 15 minuten lopen van El Méson of… gebruik je charmes en Anna’s man komt je ophalen (nog geen 5 minuten rijden).

DAG 7: van ESCANILLA naar TIERRANTONA (627m): 25.37 km, 5u30′, 906m klimmen, 766m afdalen. Hoogste punt: 806m, laagste 447m.

Het enige nadeel van een verblijf in Escanilla is dat je (mogelijks) ook nog eerst terug moet lopen (ongeveer 2 km) naar El Méson om op de route te komen…(Maar je zou opnieuw een lift van Anna’s echtgenoot kunnen krijgen als je niet te vroeg vertrekt.  Of gewoon liften)

De route langs de Embalse en naar Ligüerre (ongeveer 4 km in totaal vanaf El Méson) is niet onaardig.  Na Ligüerre te hebben bereikt – eigenlijk een prachtplaats met een mooie verzameling oude gebouwen; jammer dat we er niet konden blijven! – daal je af naar een verharde weg, steek je de brug over, dan de weg over en  fors omhoog naar het spectaculaire deel van de dag: “l’Entremon” of een pad uit een klif gehouwen; aan je linkerkant blijfthet blauw van de Río Cinca je volgen.

Wanneer je het pad bij de dam verlaat, zie je een kerktoren uit het reservoir priemen. Na 2 tunnels en een eind langs het reservoir brengt het pad je verder omhoog, een gestage klim voor ongeveer 2 km. Waarna een korte afdaling, een oversteek van een riviertje en een korte klim je tot in El Humo de Muro brengt. Het dorp kan er tegen die tijd slaperig uitzien, maar de eigenaar van Las Bodegas de Claveria is misschien zijn auto aan het repareren en zeer bereid om het restaurant voor je te openen!

Na een hopelijk interessante en verfrissende pauze in las Bodegas, ervaar je eerst een aangenaam golvende namiddag, totdat je een bord bereikt voor Tierrantona 3,8 km. Tijd om dan je hersenen opnieuw uit te schakelen en het wandelen voor de dag af te maken. De vallei waar je nu in wandelt, Las Fuevas, is erg groen (laat in het voorjaar) en vruchtbaar, met akkers en varkensstallen.

Casa Puyuelo ligt iets verder dan de school en is het centrum van het sociale leven in het stadje: de ouderen spelen er kaart, de jongeren drinken er bier terwijl ze kettingroken, die er tussenin nippen wijn . Naast de deur is een goed gevulde supermarkt met lieftallige dame. Open van 10.00 tot 14.00 uur en van 16.00 tot 20.00 uur.

Casa Puyuelo, 60€ voor een kamer (is waaarschijnlijk ook de enige overnachtingsmogelijkheid hier..!).  A la carte diner, geserveerd om 20.30 uur. Heel goed!

DAG 8: Van TIERRANTONA naar SALINAS DE TRILLO (794m): 15.92km, 3u24′, 593m omhoog en 420m naar beneden, hoogste punt: Mirador de la Fueva (1033m)

Een makkelijke en leuke dag! En goed aangegeven! Alles loopt op wieltjes, ook na Formigales (de GR1 neemt je niet meer mee door het dorp) wanneer het pad begint te klimmen, gestaag over het soort weg dat we het aangenaamst vinden: schaduwrijk, op aarde grond met af en toe een kiezelsteenstje of rots, met gedroogde dennennaalden op de grond en dennengeur in de lucht. En prachtige landschappen aan je zijde.

Stop bij El Mirador (is niets meer dan een bordje) en bewonder de La Fueva-vallei en Monte Perdido in de verte.  Je kunt ook nog steeds El Humo zien en waar je de dag ervoor de vallei bent in gewandeld.

Zet je weg gezwind verder, nu naar het heuveldorpje Troncedo, dat een rondje waard is! Vanaf hier zie je weer het Castillo de Samitier waar je 2 dagen eerder vandaan kwam.

Een half uur na Troncedo kom je aan in Salinas waar je het gezellige Casa Bielsa vindt met uitzicht over het dorp (20 inwoners).  De sympathieke eigenaren zullen er je tijdens je hele verblijf verwennen met hun zelfgekweekte en klaargemaakte lekkernijen, geserveerd op hun gezellige terras: verschillende soorten koekjes en zelfgeroosterde amandelen bij de koffie; olijven, gezouten ham, worst en geitenkaas met het aperitief;  een heerlijk diner gevolgd door huisgemaakte likeuren (pousse-café)…  

En de volgende morgen word je opnieuw verwend met bijna vergeten roerei met spekjes!  (Jose zette ook een liter wijn op de ontbijttafel want “die zal je vandaag nodig hebben”).  Dit alles voor een prijs die je een ongemakkelijk gevoel geeft (zou moeten geven)….

DAG 9: Van SALINAS de TRILLO naar GRAUS (473m hoogte): 25,88 km, 5u28′, 894m stijging en 1197m afdaling. Hoogste punt: 1124m (Castillo de Panillo)

Een lange slotdag met 2 heel verscheidene helften: een aangename (kleinere) helft over voornamelijk bospaden tot Pano en een eventueel hete (en grotere) helft want in de open lucht en op grindweg, daarna.

De route is vandaag niet altijd goed gemarkeerd, zeker na Pano. (Vóór Pano vaak wat overwoekerd).

Wat Salinas wat miste aan charme en locatie, maakt Trillo goed. Maar het dorp lag er wel verlaten bij …

Er volgen enkele glooiende paden na Trillo totdat een laatste klim je naar een bergkam brengt, Pano waar je als het ware struikelend over de werken in uitvoering, aankomt.

In het restaurant l’Alcina werden de tafels net gedekt voor… een televisieploeg, die een documentaire maakte over het werk van de Zwitserse ondernemer en zijn drie zonen om het prachtige dorp te renoveren en er een hotel en de gebruikelijke voorzieningen in onder te brengen.  We figureerden als (eerste?) gasten onder het genot van een koude thee.

Na Pano brengt een asfaltweg je naar een kruising op een heuveltop, waar de GR1 onverhard overneemt en dit zo ongeveer voor de rest van de dag. Uitzichten zijn nog steeds ok, na een tijdje zelfs met een boeddhistisch klooster aan de linkerzijde.

De GR1 en de GPX zullen weer vaak anders lopen. Hoe dan ook, na het zien van een bord “Graus 9,9 km” en waar je 2 onverharde wegen vóór jou ziet, één omhoog en naar een kot met groen raam…. Deze is het NIET. Neem de andere naar rechts die op dezelfde hoogte blijft. Een vage GR-bewegwijzering op een boom links verzekert je van richting.

Ook in Grustàn misten we de borden en volgden we enkele onduidelijke paden bergafwaarts.

Noot 1: volg de aanduidingen “Graus, Plaza Mayor”; tweede opmerking: het dorp dat je kort na Grustàn in het dal ziet, is NIET Graus; Graus ligt veel meer naar het zuiden en is pas zichtbaar wanneer je de drukke weg (A-139) hebt bereikt. Je hoeft die weg niet op te blijven lopen, er zijn GR1-borden die je langs de rivier (Rio Ésera) brengen.

Bij aankomst in Graus kan je op het terras van Hotel Lleida je aankomst vieren! (Reken er niet op dat er op dat moment van de dag iets anders zal open zijn…..!)

Gefeliciteerd!

CONCLUSIES

  • We zijn het eens met de auteur van de gids: deze langeafstandswandeling zal indruk op ons blijven maken en dit veel langer dan bvb de Andalusië-tocht of de lus in Baskenland die we eerder deden! De variatie aan landschappen met fenomenen als Los Mallos en paden die door kloven leiden omringd door “pannenkoek” rotsen, met verlaten dorpjes verspreid over heuveltoppen, idyllische riviertjes die als waterval in uitnodigende plassen stromen,  samen met een vriendelijke bevolking waarvoor eenvoud nog niet aan authenticiteit heeft ingeboet maakt dat we al terug willen gaan!

Deze regio is ruige maar pure schoonheid!

  • Onderschat deze route niet! Deze tocht was zelfs zwaarder dan wat we meestal in het hooggebergte doen!  Dit omdat je vaak dezelfde niveauverschillen doet maar dan in veel warmere omstandigheden dan in het hooggebergte! Daar begin je de dag altijd wanneer het nog koel is en heb je de zon op zijn hoogst nadat je de voornaamste col van de dag al hebt bereikt. …
  • Zorg er ook voor dat je voldoende water meeneemt! Er is weinig of geen water te vinden, ook niet in de vele verlaten dorpen (Deels daarom zijn ze ook verlaten!)!  Neem ook een waterzuiverend apparaat mee, voor het geval de nood het hoogst is maar die zonder zo’n apparaat niet kan geledigd worden. Hetzelfde geldt ook voor eten! Ga er gewoon vanuit dat je nergens iets zult vinden om te kopen! We hebben altijd een goeie mix noten en gedroogd fruit mee, en meestal ook een stuk kaas. Ook de plaatsen waar je verblijft hebben niet altijd het nodige, of kunnen slechts een paar sneden brood missen…
  • Neem genoeg cash geld mee!  Er waren nergens cajero’s te vinden!  En Loarre, Paules en Salinas aanvaardden geen digitale betalingen.  (zie hieronder een lijst van onze verblijven)
  • Als we het nog een keer zouden doen, zouden we 2 nachten in Nocito verblijven: de eerste nacht in het dorp (Casa Villacampa). De tweede dag zouden we eerst wandelen naar en verblijven in de zeer vriendelijke El Refugio de San Ūrbez (3km van het dorp). We zouden dan (evident zonder bagage) naar de waterval lopen en er de rest van de dag genieten (je kan waarschijnlijk ook liften naar Bara en teruglopen op het pad voor ongeveer 2 km naar de waterval)
  • Merk op dat we over heel het traject van sectie 5, en zeker in het Park Guara, heel wat prachtige plekjes gespot hebben die ideaal zouden zijn om wild te kampereen!!!! Dan moet je wel heel wat meedragen. (Noteer dat we nergens een parkwachter hebben gezien.. )
  • De kennis van elementair Spaans is handig, is eigenlijk een must! De woordenschat voor het maken van een reservatie, data en nummers, ophalen , eten en drinken, betaling….komen handig. En oefen gebaren die de werkwoorden kunnen vormen in je zinnen…
  • We hebben tijdens deze 9 dagen geen enkele medewandelaar ontmoet! Ook vertelden Maria en Jose ons dat er nooit Spanjaarden bij hen verblijven…

GENIET ER VAN!