Van 27 tot en met 29 Mei, 2018
Vooraf:
1. De Luberon is een bergmassief in de Franse departementen Alpes-de-Haute-Provence en Vaucluse en een oost-west gerichte uitloper van de Alpen. Het massief is ongeveer 60 km lang en 5 km breed. En je kan er dus rondfietsen, de “tour”!
2. Volgens de lokale bevolking schrijf je “Luberon” wat in het Provençaals “zittende haas” zou betekenen en spreek je het uit met doffe “e” en niet “Lubéron”. Dit maakt het tijpwerk ook wat makkelijker, sowieso al gecompliceerder met Franse namen!
3. Er is een goeie Franse brochure met routebeschrijving en ander interessants te vinden op http://www.leluberonavelo.com of te halen bij de Offices de Tourisme in de regio.
4. Wij zijn gestart in Cavaillon en hebben de tour tegen de wijzers van de klok in gereden, zo aangeraden in de brochure wanneer je met een andere dan koersfiets rijdt. In deze richting volg je dus de bordjes met oranje pijl.
5. We fietsen met Koga Worldtraveller, 40 mm banden en enkel achter bepakking. Geen tent, wel een “bug bivy” van Outdoor Research, om een rustige siësta te kunnen doen! Met picknick en 2 flessen water ongeveer 10-12 kg bepakking. Schitterende fietsen, by the way!
6. We gebruikten GPS maar de weg is goed bewegwijzerd! (zie http://www.veloloisirprovence.com)
7. De totale afstand volgens de brochure is 236 km, waarvan 2968 m klimmen. De brochure heeft ook een hoogteprofiel per etappe. (De vorige brochure had er één voor de hele route en zo makkelijker om de hele route te plannen, zie foto). Het hoogste punt volgens onze Garmin was op 786 meter, net ten westen van Vachères.
8. Mei is een koele maand voor deze rit. De lavendel staat nog niet in bloei maar de brem ruikt heerlijk en de kersen zijn (bijna) rijp…
9. Hieronder hebben we per etappe de “tijd op de fiets” of “moving time” en het klimmen en dalen volgens onze Garmin weergegeven. (Niet de verbruikte Kcal omdat die volgens mijn fiets speedometer maar de helft zijn van die op de Garmin. Wij zijn dus geneigd om hier ook de Garmin te geloven omdat we zo elke dag een dessertje mogen nemen…)
ONZE ROUTE
Dag 1: Van Cavaillon naar VAUGINES: 50 Km in 3h 34 min, 687 m klimmen, 401 m dalen. Via Cheval Blanc – Mérindol – Lauris – Puyvert – Lourmarin.
In Cavaillon parkeerden we de auto op de Place François Tourel, voor de rots en naast de Office de Tourisme. LET OP: op maandagmorgen is er markt op de betalende Place maar niet op het gratis stukje net voor de rots!
De route begint vóór het treinstation van Cavaillon maar we vonden enkel een blauwe pijl! Na wat zoeken en negeren van de blauwe pijl “Forcalquier via Apt” vonden we toch de oranje pijl (blauwe achtergrond, oranje “pijlpunt, zie foto), ditmaal met “Manosque via Lourmarin” op of gewoon “Lourmarin”.
Je merkt al vlug dat je een route volgt die heel dicht bij het zuiden van het bergmassief aanleunt. Na Mérindol begint het echt mooi te worden. Lauris is een vrij gezellig stadje en imposant gelegen! Fiets zeker naar het kasteel en zo je wilt, bezoek de twee tuinen waarvan één vooral planten bevat waaruit kleurstoffen voor schilderinkten worden gewonnen. En een koffie of lunch niet vergeten bij het excentrieke “La Table de Margot”!
Tussen Puyvert en Lourmarin begint het te klimmen en voel je je ook echt in de Provence: de tijm en de klaprozen in bloei, de geur en gele pracht van brem, de lavendel in volle knopjes met als achtergrond wijngaarden en de ruige schoonheid van het Luberon massief…!
Lourmarin is terecht “een van de mooiste dorpjes van Frankrijk”. Maar tijdens het weekend of vakanties best vroeg in de morgen te bezoeken! Of beter nog: overnachten! Het kasteel vraagt er om een visite en biedt een mooi uitzicht op de omgeving. Albert Camus vond dat ook al. Existentieel zelfs. Lourmarin heeft ook een Hugenoten kerk met merkwaardige fonteinen!
Maar we zijn nog even doorgefietst omdat we al een reservatie hadden gemaakt. En dus geklommen naar Vaugines en overnacht in Hostellerie du Luberon (Logis de France, LdF) voor 82 € demi pension per persoon. Goed.
Dag 2: Van Vaugines naar FORCALQUIER: 84 km, 5h 36 min, 1273 m klimmen, 1091 m dalen.
Via Cucuron – Vitrolles-en-Lubéron – La Bastide de Jourdans – Beaumont de Pertuis – Pierrevert – Manosque – Villeneuve – Volx – Forcalquier.
Zeker nog even een koffietje nemen op de “markt” van Cuceron! En van dan af onbeschrijfbaar mooi! Eén van de mooiste 50 km die je ooit op een fiets kunt doorbrengen! En eindigend met een hele steile klim naar Pierrevert als toetje (voor deze klim mag je nu wel eens afstappen!).
Van Pierrevert naar Volx/Villeneuve wat saai omdat je langs een grootstad moet (om geen onrecht te doen aan Manosque: we hebben de oude stad niet bezocht!). De laatste 12 km van Villeneuve naar Forcalquier zijn dan weer zalig mooi en gelukkig bijna plat!
Ons bobijntje was op toen we in Forcalquier arriveerden.
Verbleven in le “Grand Hotel” voor 61 € zonder ontbijt. Dit is ook een LdF en gerund door een oud lief koppeltje. Het hotel heeft een perfect gekoelde staanplaats voor de fietsen. Forcalquier is niet mis. Gegeten in L’Aigo Blanco, goed! Alternatieven die ons ook gezellig leken: Le Jam en La Maison Rouge.
Dag 3: Van Forcalquier naar CAVAILLON: 110.7 km, 6h 42 min, 1391 meter klimmen, 1803 m dalen,
Eerst nog wat glooiend werk naar St Michel l’Observatoire, daarna een afdaling naar Aubenas-les-Alpes en dan een beklimming naar het hoogste punt in de hele Tour. Die 200 m hoogteverschil naar Vachères vallen best mee omdat je weet wat er gaat komen en ze ook heel geleidelijk komen! Je krijgt er een schitterende en zalige afdaling naar Reillanne voor als beloning!
Picknick boven aan de ruïnes van de oude kerk van Reillanne. Je bent er helemaal alleen en je krijgt er een uniek uitzicht op de vallei voor! In Reillanne zeker nog een koffie gaan drinken in Café du Cours! Let op de schitterende fresco/graffiti buiten!
De afdaling daarna blijft lekker lang duren en dit door prachtige landschappen met her en der enig mooi opgeknapte bastides en “mas”(-sen). Om van te watertanden! Dit tot en met Céreste. Een “piste cyclable” eventjes vóór Apt brengt je langs de stad – waar we niet gestopt zijn maar de stad blijkt toch de moeite te zijn, lazen we later!
Het klimwerk is hiermee nog niet af: na Apt gaat het weer eventjes stevig naar omhoog om je naar een route te brengen die de 4 juweeltjes van de Noordelijke Luberon met elkaar verbindt: Bonnieux, Lacoste, Ménerbes en Oppède-le-Vieux. Elk van deze ligt op een hoogte dus verwacht telkens een pittige klim om er te komen! Maar geen enkele inspanning weegt op tegen zoveel schoonheid en charme!
Bonnieux: ga zeker naar de top van het dorp, naar de oude kerk! Lacoste: de helft van het dorp wordt ingenomen door Scad (Savanah College for Art and Design) die het dorpje grondig gerenoveerd hebben; Ménerbes: zoek zeker ook naar l’impasse de Dora Maar; en de pièce de résistance: Oppède-le-Vieux. Dit laatste is wat overgebleven is van een imposant dorp in een onwaarschijnlijk mooie glooiing in het landschap! Het wordt langzaam terug opgebouwd en heeft nu ook 2 restaurantjes en een chambres d’hôtes.
Geslapen in Cavaillon in Interhotel du Parc, een zeer goed en gezellig hotelletje met lekker ontbijt voor 114 €. Maar Cavaillon is niet direct een giller…
CONCLUSIE TOUR du LUBERON
1. Is onbeschrijfelijk mooi; ik zal het er dan ook niet op wagen! Gelukkig zijn de grenzen van onze wereld heel wat wijder dan die van onze taal!
2. We raden aan de Tour inderdaad in de antiklok richting te doen: het klimmen gebeurt wat geleidelijker! En met langere “vlakkere” stukken.
3. Trekfietsen zijn de beste optie.
4. Op een meer relaxte manier met tijd om aan “toerisme” te doen is 4-5 dagen ideaal:
Dag 1. Cavaillon – Lourmarin: +/- 42 km met genoeg tijd om Lourmarin te bezoeken. Er is een grote keuze aan slaapgelegenheid en restaurantjes!
2. Lourmarin – Pierrevert: ongeveer 60 km (niet veel slaapgelegenheid hier! Best checken. Anders Manosque)
3. Pierrevert – St Michel l”Observatoire : +/- 48 Km (idem re slapen)
4. St Michel l’Observatoire – Bonnieux (enkele hotelletjes: “César”, “Clos de Buis”, en het sjieke “Domaine de Capelongue”) +/- 54 km
5. Bonnieux – Cavaillon: met genoeg tijd om de 4 pareltjes te bezoeken.
5. Indien wij het opnieuw doen dan zouden we de “groot” steden zo veel mogelijk links laten liggen en beginnen in Lourmarin.
Dag 1 waarschijnlijk slapen in Pierrevert (la Bastide de Adrech),
Dag 2 rijden tot in Reillane (Auberge de Reillane) of Céreste (l’Aiguebelle) en
Dag 3 in Oppède Le Vieux….
4 dagen dus met genoeg tijd voor sightseeing.
6. Noteer dat er ook enkele organisaties zijn die bagage vervoeren. Dus elke afstand en bestemming is mogelijk.
7. Geniet er vooral van!
We love to travel 